Laatst bekeek ik een schoolboek van één van mijn kinderen, ze zit in de eerste klas van de middelbare school en het ging over biologie en zintuigen. Het ruiken, voelen, proeven, horen en zien. De mens weet hier enorm veel over. Elk detail wordt beschreven. Zintuigen functioneren als vanzelf, als je ergens komt dan ruik je als vanzelf iets vreemds. Je hoeft daar niet iets voor te doen. Dit zijn allemaal de zintuigen van het lichaam en ieder mens weet heel goed hoe dit werkt. Hoe anders is dit met de geestelijke zintuigen. Zoveel als de mens weet van het lichamelijke, zo weinig weet de mens van het geestelijke. Maar de Bijbel spreekt hier heel vaak over.
De Bijbel zegt:
“Ieder immers die van melk leeft, is onervaren in het woord van de gerechtigheid, want hij is een kind. Maar voor de volwassen is er het vaste voedsel, voor hen die hun zintuigen door het gebruik ervan geoefend hebben om te kunnen onderscheiden tussen goed en kwaad. “ Heb 5:13,14
Geoefende zintuigen om te kunnen onderscheiden tussen goed en kwaad. De zintuigen die hier bedoeld worden zijn geestelijke zintuigen. Om geestelijk te kunnen onderscheiden moet een mens allereerst geestelijk worden. Iemand die niet geestelijk is kan sowieso de geestelijke zintuigen niet gebruiken, die functioneren dan niet.
Als je kijkt naar de wandel van Jezus dan zie je hoe Hij dat onderscheidingsvermogen had. Op een gegeven komt er iemand bij Hem met een klacht over een familielid die de erfenis niet wil delen. Dan zegt Jezus eerst: Ik ben toch niet tot rechter over jullie gesteld? Maar daarna zegt hij toch: pas op voor de hebzucht. Daaraan zie je hoe het onderscheiden tussen goed en kwaad werkt, Jezus keek verder dan de feitelijk bekende situatie die voor ogen was. Hij doorzag wat er in het hart leefde en daarbij was hij altijd gericht op de redding van de persoon. Zo werkt het bij het onderscheiden van goed en kwaad. Daarbij gaat het om het wezenlijke, wat leeft er in het hart, wat is belangrijk voor de redding van jezelf of van anderen. Wat is de kern van de zaak. Dat is het kunnen onderscheiden van goed en kwaad.
Om geestelijk te kunnen onderscheiden moet allereerst de wedergeboorte plaatsvinden en daarmee wordt het geweten gereinigd. In Hebreeën staat:
“hoeveel temeer zal het bloed van Christus, Die door de eeuwige Geest Zichzelf smetteloos aan God geofferd heeft, uw geweten reinigen van dode werken om de levende God te dienen” Heb 9:14
Het geweten moet gereinigd worden van dode werken. De mens bestaat uit lichaam, ziel en geest. Het geweten is als het ware een kleine kamer in het hart van de mens waar de geest van de mens woont. Het geweten is van nature onrein en heeft van nature ook een negatieve werking. Dat hoor je ook in het taalgebruik. Men zegt dan: een knagend geweten. Het geweten kan de mens belasten of aanklagen. Dat aanklagen doet de duivel hij is een aanklager die zo door het geweten heen werkt, de duivel oefent invloed uit op iemand die niet opnieuw is geboren en gebruikt hierbij het geweten. Maar als je opnieuw bent geboren bent krijgt het geweten een totaal andere functie. Het wordt dan een getuige van de Geest van Christus. De duivel eruit en Christus erin. Paulus schrijft: mijn geweten getuigd mee door de Heilige Geest (Rom 9:1)
Hoe herken je de werking van God? Belangrijk om te doorzien is dat de geest van Christus altijd in waarheid spreekt. Als iets niet in de waarheid is, dan is het niet de geest van Christus geweest. Het is daarnaast nodig om geoefend te worden in het gebruik van die zintuigen.Je hebt ervaring nodig om de geestelijke zintuigen op een volwassen manier te gebruiken en ook anderen te kunnen onderwijzen. Paulus zegt niet voor niets: leg iemand niet te haastig de handen op. Met andere woorden: je kunt niet meteen leraar zijn, er is ervaring nodig om te kunnen onderscheiden tussen goed en kwaad. De werking van de geestelijke zintuigen hangt samen met de aanbidding in geest en in waarheid.
God is Geest en wie Hem aanbidden moeten Hem aanbidden in geest en waarheid Joh 4:24
Zie verder video.