1. Wat vindt u van het theater en waarom A: ik vind het interessant want er zijn veel mensen 2. Wat denkt u van verkeer en waarom A: Ik vind verkeer belangrijk 3. Welke kleding draag jij het liefst en waar koopt u dit. A: ik hou van sport kleding. Ik koop het in sport winkels. 4. In Nederland hebben we koning wat vindt u daarvan? En wat heb jij in uw eigenland. A: Ik vind dat goed. In mijn eigen land hebben we helaas een niet gekozen president. 5. Wat vindt u van jouw keuken en zou je willen veranderen? A: Ik vind mijn keuken geschikt en ik wil het niet veranderen. 6. Wat vindt u van het Nederlands taal en waarom? A: Ik vind het moeilijk want ik spreek het Engels. 7. Ik wacht al lang op de huisarts. Wacht u ook? En hoe vindt u dat? A: ja, Ik wacht ook. Ik vind dat vervelend. 8. Bewegen is goed voor gezondheid. Hoe vaak beweeg jij? Wat vindt u daarvan A: ik loop elke dag naar het park ik vind dat gezond. 9. Wat vind jij het beste seizoen van het jaar. A: Het beste seizoen is zomer want dan kan ik in de zee zwemmen. 10. Wat vind jij de beste dag van de week en waarom A: Mijn beste dag is vrijdag want op vrijdag ontmoet ik mijn vrienden. 11. Wat vindt u van de buurt en waarom? A: Ik vind de buurt prachtig want het is rustig. 12. Wat staat er in je slaapkamer wat zou er aan willen veranderen A: Er staat grote kledingkast en ik wil niet veranderen. Verbeter mij als ik het fout heb